67. Zorg

Zorg

Zorg. De zorg op de oncologie afdeling vind ik uit de kunst. Ik kan niet anders zeggen. Ondanks dat ik de tegenstrijdige berichten als vervelend ervaar doet dat niet af aan de intentie om zo goed mogelijke zorg te geven. En dat lukt over het algemeen ook! De vermoeidheid en de gele nagels is niets aan te doen. En wat haalbaar is wordt gedaan. Eerder dat ik al aan dat we tijdens de behandelingen goed worden verzorgd met eten en drinken. Een gesprek op de afdeling over mijn zorg vind ik wat lastig merk ik. Er luisteren toch mensen mee, dus ben ik blij met het telefonisch contact.

Telefonisch

In het begin van de eerste serie chemo werd ik na de behandeling regelmatig gebeld. “Hoe gaat het?” Eerst ook door de huisarts. De huisarts krijgt nu geen informatie meer doorgestuurd van het ziekenhuis dus wordt niet meer betrokken. Bovendien heeft de huisarts het druk zat. Maar nu nog steeds een dag voor de chemobehandeling is er telefonisch contact met de afdeling oncologie om te vragen hoe het gaat, welke klachten ik ervaar en indien mogelijk wordt er actie ondernomen om klachten te verlichten. Bijvoorbeeld betreft de dosering van de medicatie. (blog 59) En op het moment dat ik zelf contact zou willen opnemen met een vraag of in een crisis situatie zoals met bot pijn,(blog 21) is er aandacht en geruststelling.

Actie

De actie die ondernomen is bijvoorbeeld het uitschrijven voor de aanvraag van een pruik. Dit heb je nodig voor de verzekering. Ik heb ook een doorverwijzing gekregen voor fysiotherapie bij oncologische behandeling naar aanleiding van een gesprek. En de diëtiste.

 Diëtiste

Toen ik me zo lusteloos voelde, kreeg ik de tip van een vriend, nutri drink proteïne drank te vragen. Aangezien ik niet afval en voldoende eiwit binnen krijg door voeding, betwijfelde ik zelf of het nodig was maar ik vroeg het tijdens het wekelijkse telefoongesprek op donderdag. Op maandag had ik ik de diëtiste aan de lijn. Dat was fijn. Ik kon haar meteen vragen of het erg is dat ik zo veel water drink. Ik was een beetje bezorgt dat er een mineralen of vitamine gebrek zou kunnen ontstaan. Drie liter is best veel. Tevens was het fijn een bevestiging te krijgen dat het over het algemeen gezien best goed gaat. Het ging inmiddels alweer beter en wij kwamen samen tot de conclusie dat de lusteloosheid mogelijk is gekomen door de overgang naar de andere serie chemo. 

Zorg omtrent slijmvlies

Zorg komt ook uit andere hoeken. Bij de mutsjes die ik kreeg – wat voor mij ook onder zorg valt – zat ook een tube Nisita neuszalf. Geweldig spul! Heel blij mee. Mijn neusslijmvlies wordt steeds keihard. Volgens mij moet ik snacht’s enorm snurken want s’ morgens zitten er dikke pijnlijke korsten in mijn neus. En klein beetje zalf maakt de binnenkant van mijn neus weer zacht. Effe snuiten en klaar. Tevens kreeg ik de tip Vagisan te gebruiken bij vaginale droogheid. Kleine dingen kunnen een groot verschil maken. Ben zo blij met de tips van mensen die ervaring hebben met wat werkt! 

Thuistap

Vandaag heb ik naar de mogelijkheid van een thuistap geïnformeerd tijdens het telefoongesprek. Een infuusaansluiting met een lijn die blijft zitten zodat ik niet steeds een prik hoef. In de aflevering van  BN” ers in het ziekenhuis, lukte het bij een mevrouw niet om te prikken. Ik hoorde dat dit een van de bijwerkingen kan zijn van chemo omdat de huid en de adres verharden en dacht. “Oké, het gaat waarschijnlijk niet makkelijker worden. Het doet steeds meer pijn. Misschien toch maar even naar de optie van een thuistap vragen”. Morgen ligt er een informatiefolder voor me klaar. Alles is bespreekbaar en of ik er nu gebruik van maak of niet, het wordt gefaciliteerd. Ik vind het erg fijn geen zorg te hoeven maken over de zorg!

Zorg thuis.

Thuis is de zorg ook prima. De dames die thuis kwamen om te prikken. Zorg van René, als hij er is. Jaro die helpt met koken of andere haalbare taken. Een netwerk van buren en vrienden die willen helpen met rijden of boodschappen, schoonmaken of met de tuin. Wat tot nu toe allemaal nog overbodig is. Wat we zelf kunnen doen, doen we zelf. Als het nog nodig blijkt willen we een soort van zeker zijn dat we nog een beroep kunnen doen. De hulp is er, dat is een zorg minder!